Geen ratificatie Investeringsverdrag zolang China sancties niet intrekt
28 april 2021Europa trekt 7,9 miljard euro uit voor echte gemeenschappelijke defensie
29 april 2021Brussel – Morgen zal het Europees Parlement na twee jaar onderhandelen de langverwachte Richtlijn tegen terroristische online activiteiten goedkeuren. Met deze wetgeving wil Europa de rekrutering en het aanzetten tot geweld op het internet tegengaan. Hilde Vautmans steunt de regels, want wat illegaal is offline, moet ook online aangepakt worden.
Europarlementslid Hilde Vautmans (Renew, Open Vld) reageert positief: “Het internet is de ideale plek voor terroristen om te rekruteren en mensen aan te zetten tot geweld. Aanvallen worden zelfs op een glorieuze manier tentoongespreid. Het probleem is grootschalig. Tot nu toe werd terroristische inhoud op vrijwillige basis weggewerkt, via overeenkomsten en partnerschappen. Het verwijderen van deze schadelijke inhoud duurt dan ook heel lang. Met deze nieuwe regelgeving willen we terroristische inhoud efficiënter en sneller opsporen, identificeren en zo snel mogelijk verwijderen. Zo moeten dienstverleners binnen het uur na een vordering van de bevoegde autoriteiten de illegale inhoud verwijderen. Deze vordering kan van een bevoegde autoriteit komen uit één van de Europese lidstaten en niet enkel van een autoriteit uit het land waar de dienstverlener gevestigd is. Indien dit het geval is, kunnen de lokale autoriteiten uiteraard controle uitoefenen en nagaan of de vordering wel strookt met de mensenrechten bijvoorbeeld. Zijn zij niet akkoord, dan vervalt ook de wettelijkheid van het bevel. Onze liberale groep heeft hierin een belangrijke rol gespeeld, omdat we ervoor wouden zorgen dat het voorstel tanden heeft, maar tegelijkertijd ook onze rechten en vrijheden waarborgt. De onlinewereld is het verlengde van ons fysiek bestaan. Net daarom kunnen we niet aanvaarden dat daders door de mazen van het net glippen gewoonweg doordat ze het internet gebruiken en deze activiteiten niet op straat of thuis organiseren. Wat illegaal is offline, moet ook online aangepakt worden”, besluit Vautmans.
Met de komst van deze nieuwe Richtlijn worden de bevoegde autoriteiten verder versterkt en wordt een verwijzingsprocedure geïntroduceerd bij het detecteren van illegale inhoud. Bovendien worden de verwijderde gegevens opgeslagen en komen er contactpunten tussen internetproviders en nationale autoriteiten. Lidstaten moeten providers financieel straffen als ze deze richtlijn niet nakomen, tot zo’n 4% van globale omzet in het slechtste geval. Anderzijds houdt de Richtlijn geen algehele verplichting in om proactief het internet te monitoren en illegale activiteiten op te sporen. Dienstverleners zijn vrij om te bepalen welke maatregelen ze nemen om het misbruik van hun diensten tegen te gaan. In maart 2022 treden de nieuwe regels in voege.