Voor eens en altijd komaf met uurwissel
27 oktober 20191,6 miljoen euro voor 400 ex-werknemers Carrefour
14 november 2019Brussel – Op vraag van Europees Parlementslid Hilde Vautmans (Open Vld, Renew Europe) vond deze namiddag in de commissie Burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken (LIBE) van het Europees Parlement een debat plaats over kinderen van buitenlandse strijders in Syrië en Irak en hun mogelijke terugkeer naar de EU. Onder meer Paul van Tigchelt, directeur van het OCAD, en Christiane Hoehn, de hoofdadviseur van de EU-coördinator voor terrorismebestrijding, kwamen hun expertise delen.
Europees Parlementslid Hilde Vautmans (Open Vld, Renew Europe), tevens co-voorzitter van de Intergroup on Children’s Rights in het Europees Parlement, reageert na afloop van het debat: “Dit debat is al meerdere jaren aan de gang. In al die tijd zijn slechts tientallen kinderen terug kunnen keren omdat geen enkele lidstaat een algemeen beleid wil uitwerken uit vrees om politiek verbrand te worden. Zelfs op Europees niveau wil men hieromtrent niet samenwerken. De verschillende panelleden waren vandaag eensgezind over de noodzaak van repatriëring van deze kinderen en drongen unaniem aan om snel actie te ondernemen, op Europees niveau. Terecht. Want kinderen die toen 3 jaar waren, zijn intussen enkele jaren ouder en hebben al die tijd in een broeihaard van radicalisering gezeten. Vandaag is duidelijk geworden dat niet alleen vanuit kinderrechtenperspectief deze kinderen beter snel teruggehaald worden maar ook vanuit veiligheidsperspectief. Als we de kinderen daar laten, worden het tikkende tijdbommen en schuiven we het probleem enkel op de lange baan. We moeten nu actie ondernemen, zeker gezien er nog Amerikaanse troepen in Syrië zijn. Eens die vertrokken zijn, wordt de situatie nog complexer.”
Hilde Vautmans vervolgt: “Dat we pleiten om deze kinderen terug te halen, betekent niet dat we niet verder moeten inzetten op onze veiligheid. Dit is een debat die we zowel met ons hart als met ons verstand moeten voeren. Als het van OCAD-topman Paul Van Tigchelt afhangt, bezit België voldoende robuuste structuren om deze kinderen te integreren in onze maatschappij. Toch is het absoluut noodzakelijk om te bekijken wat er beter moet. Zo moeten de lidstaten systematischer gegevens uitwisselen, moeten we onze buitengrenzen beter beveiligen, moeten we de strijd tegen radicalisering opvoeren via preventieve maatregelen en moeten we onze structuren voor rehabilitatie en re-integratie sterker ondersteunen. Deze kwestie vergt een aanpak op verschillende terreinen. Maar dat betekent niet dat we onze ogen mogen sluiten voor deze problematiek, laat staan voor de fundamentele rechten van deze kinderen.”