‘Alleen een echt verenigd Europa zal in staat zijn om de negatieve gevolgen van de groei van China tegen te gaan’, schrijft europarlementslid Hilde Vautmans.
Vandaag is het precies één jaar geleden dat China een einde maakte aan de democratie in Hongkong door er een nationale veiligheidswet in te voeren. Sindsdien heeft China in een oogopslag alle tegenstand ten aanzien van het autoritaire regime de kop ingedrukt door prodemocratische politici achter de tralies te zetten, een einde te maken aan de persvrijheid en een staat van hoge bewaking in te voeren.
In het Westen hebben we naïef gedacht dat meer handel en welvaart automatisch tot meer democratie zou leiden. We hadden er niet meer naast kunnen zitten. Sinds president Xi Jinping de leiding van de Chinese Communistische Partij heeft overgenomen, heeft China niet alleen de onderdrukking van minderheidsgroepen zoals de Oeigoeren opgevoerd, maar is het ook begonnen met het Chinese autoritaire model naar andere delen van de wereld te exporteren.
De politieke agenda van de Chinese Communistische Partij is een heuse uitdaging geworden voor de liberale wereldorde. Dit kan niet worden genegeerd door een Europese Unie die steeds beweert een op regels gebaseerde wereldorde te verdedigen. Om zich beter te kunnen positioneren en de Europese manier van leven te verdedigen, heeft de EU een nieuwe strategie nodig. Deze strategie moet gebaseerd zijn op vier pijlers: een vernieuwd strategisch partnerschap in de strijd tegen klimaatverandering, een handelsrelatie op basis van wederkerigheid en een industriebeleid dat gericht is op innovatie en open strategische autonomie, een verenigd Europa dat samen schendingen van de mensenrechten en het internationaal recht door China aanpakt en een hervormde EU die op het wereldtoneel een geopolitieke rol kan spelen.
Allereerst moet de EU een vernieuwd strategische partnerschap in de strijd tegen klimaatverandering aangaan met China. China heeft de hoogste koolstofemissies ter wereld. Als we de wereld willen behoeden voor een klimaatcatastrofe, moeten we ervoor zorgen dat China zich inzet om het klimaatakkoord van Parijs na te leven, bijvoorbeeld door een mechanisme voor koolstofcorrectie aan de grens in te voeren.
Verder moet de EU een op regels gebaseerde handelsrelatie op basis van wederkerigheid en een industriebeleid dat gericht is op innovatie en open strategische autonomie uitbouwen. China is in de laatste jaren met rasse schreden de grootste handelspartner van Europa geworden. Helaas worden we geconfronteerd met een China dat zich niet aan dezelfde regels houdt. Het blijft voor Europese bedrijven moeilijk om de Chinese markt te betreden en Europa wordt geconfronteerd met Chinese industriële spionage, oneerlijke Chinese overheidssubsidies en dwangarbeid voor de productie van bepaalde producten. Daarom hebben we een eerlijkere en gelijkwaardigere handelsrelatie nodig. De recente investeringsovereenkomst tussen de EU en China is een poging in die richting, ver genoeg gaat ze echter niet. China moet een einde te maken aan dwangarbeid en aan de penibele mensenrechtensituatie in het land meer algemeen. Zolang China de sancties tegen Europese politici en entiteiten niet opheft, zal het Europees Parlement de overeenkomst niet verder bespreken, laat staan ondertekenen.
Bijkomstig mogen we ons niet alleen richten op defensieve maatregelen. In nauwe samenwerking met andere liberale democratieën moet Europa een digitale leider worden. Dit kunnen we doen door meer te investeren in onderzoek en ontwikkeling, nauw samen te werken met andere democratieën om overeenstemming te bereiken over een regelgevingskader op basis van democratische en ethische waarden en Europese bedrijven voorrang te geven bij de uitrol van onze 5G-netwerken.
Anderzijds is wellicht de grootste uitdaging in onze relatie met China de Chinese minachting voor de mensenrechten. China is een autoritaire eenpartijstaat waar de rechtsstaat niet telt. Vooral Hongkongers, Tibetanen en Oeigoeren zijn hiervan het slachtoffer. Mensenrechtenorganisaties en verschillende landen hebben China’s aanpak tegenover de Oeigoeren reeds bestempeld als een genocide. Ook Taiwan staat onder toenemende druk van China.
China poogde al meermaals om het Chinese bestuursmodel gebaseerd op toezicht en controle te exporteren naar landen in Afrika en Latijns-Amerika. De Chinese steun aan autoritaire regimes vormt een directe bedreiging voor de fundamentele mensenrechten. We moeten daarom gerichte sancties blijven opleggen aan mensenrechtenschenders. Onze samenwerking met andere democratieën zoals de VS, Canada, Japan en India speelt hierin een belangrijke rol. Ook moeten we investeren in Afrika, de Balkan en Latijns-Amerika om te voorkomen dat deze EU-partnerlanden niet op de knieën vallen voor goedkoop Chinees geld.
Alleen een echt verenigd Europa zal in staat zijn om de negatieve gevolgen van de groei van China tegen te gaan. De EU moet zichzelf hervormen om een betekenisvolle rol te kunnen spelen op het wereldtoneel. Er moet een einde komen aan de unanimiteitsregel die gezamenlijke beslissingen maar al te vaak blokkeert. We moeten een Europese Defensie-Unie uitbouwen. En tot slot moet China gesanctioneerd worden voor haar talloze desinformatiecampagnes en cyberaanvallen.
Gepubliceerd in Knack op 20/06/2021.