Vautmans pleit voor een meer Europees beheer van Schengen
4 juni 2020Nood aan Raadsformatie voor Gelijkheid
16 juni 2020Brussel – Straks stemmen de commissies buitenlandse zaken (AFET) en handel (INTA) aanbevelingen voor de onderhandelingen over een nieuw partnerschap tussen de EU en het Verenigd Koninkrijk (VK). In de aanbevelingen betreuren de parlementsleden dat er na vier onderhandelingsrondes weinig vooruitgang is geboekt en dat het VK vooral vorderingen wil op die gebieden die voor het VK van groot belang zijn. Europees Parlementslid Hilde Vautmans is tevreden met de sterke aanbevelingen maar betreurt de weinig constructieve houding van het VK tijdens de onderhandelingen. Volgende week worden de aanbevelingen aangenomen door het voltallige Europees Parlement.
Europees Parlementslid Hilde Vautmans (Renew Europe, Open Vld): “Sinds de Brexit is de EU heel duidelijk geweest over haar standpunt met betrekking tot de toekomstige relatie met het Verenigd Koninkrijk. Wij zijn bereid in te stemmen met een ambitieus akkoord mits aan enkele cruciale voorwaarden is voldaan, zoals het behoud van de integriteit van onze interne markt, het garanderen van een gelijk speelveld en het respecteren van Europese normen en standaarden. Het Verenigd Koninkrijk daarentegen stelt zich niet alleen weinig constructief op, het heeft ook sterk de neiging om aan cherry picking te doen en komt terug op een aantal cruciale verbintenissen die het eind vorig jaar is aangegaan in het kader van de politieke verklaring over de toekomstige betrekkingen. Ik betreur dan ook ten zeerste deze houding. We zitten in volle corona-crisis en de kans op een no-deal wordt met de dag groter. Er zijn weinig redenen om optimistisch te zijn, zeker niet voor veel van onze Vlaamse bedrijven bij wie het water nu al aan de lippen staat omwille van de corona-crisis en die disproportioneel hard getroffen zullen worden als we voor het einde van de overgangsperiode geen degelijk akkoord vinden. We kunnen niet ter plaatse blijven trappelen. Het wordt tijd dat het VK z’n verantwoordelijkheid neemt en de onderhandelingen verder zet op basis van de afgesproken beginselen uit de politieke verklaring.”